Wednesday, December 14, 2011

Op zoek naar rijke kusten

Vrijdag 9 december - Vanochtend vroeg vertrokken naar Schiphol, om daar op een vliegtuig naar Houston te stappen. De vlucht vertrekt met een kleine vertraging van 15 minuten, maar verloopt verder zonder problemen. Wel is er over de hele route sprake van strakke tegenwind, waardoor de vlucht uiteindelijk iets meer dan 12 uur duurt, ongeveer anderhalf uur langer dan gepland. Gelukkig is het een modern vliegtuig, voorzien van een uitgebreid entertainment systeem in de hoofdleuning van de stoel voor mij. Uit het raampje is eigenlijk alleen maar bewolking te zien, en dus kijk ik de films Contagion, Cowboys & Aliens, Gran Torino en een deel van Anatomy of a Murder. Oh, en een aflevering van Mythbusters. Af en toe gluur ik door het raam naar buiten, en soms verdwijnt het wolkendek en zie ik een bevroren ijszee. Ook in Canada ligt een hoop sneeuw.

Houston heeft een groot vliegveld, wat erg leeg aanvoelt. Een enorme hal met tientallen douane-hokjes wordt enkel gebruikt door de mensen die met mij van het vliegtuig zijn gestapt. Omdat de eerste vlucht langer duurde hoef ik niet lang te wachten voordat de volgende begint. Uit een geldautomaat haal ik nog snel een stapel Amerikaanse dollars. Voordat ik het vliegtuig op mag mogen we allemaal nog door de beruchte porno-scanners, net als op Schiphol overigens. De medewerkers van de Transport Security Administration, door progressief Amerika gezien als gemene kleinzierige ambtenaren, behandelen ons ontspannen en beleefd.

De tweede vlucht naar Liberia is in een iets kleiner toestel. Naast mij zit een ouder Amerikaans echtpaar op weg naar hun dochter die al een aantal jaren in Costa Rica werkt en woont. In de toeristenindustrie, uiteraard. Entertainment is er in de vorm van live Amerikaanse televisie in de hoofdleuning, totdat op 200 mijl buiten het land de ontvangst wegvalt. Inmiddels is het voor mijn lichaam dat nog op Nederlandse tijd draait al ver na middernacht, dus maak ik gebruik van het moment om wat weg te doezelen, zonder echt in slaap te vallen.

Nog voordat we landen ben ik weer klaarwakker. Buiten is de zon inmiddels al onder gegaan (het is iets na acht uur plaatselijke tijd) en ik zie dus niks van het land waar ik naar toe ga, behalve een enkel lichtje op de grond. Het is in ieder geval duidelijk dat ik niet meer in het fel verlichte West-Europa ben.

We landen op het vliegveld van Liberia, een aantal kilometers buiten de stad. Een klein vliegveld, waar nog een ladderwagen tegen het vliegtuig wordt gezet, en we gewoon over het asfalt naar de ontvangsthal mogen lopen. Deze heeft veel weg van een lege fabriekshal, met drie hokjes voor paspoortcontrole en twee bagagescanners, die het spontaan begeven als onze bagage er nog doorheen moet. Het is hier ook erg warm, en aan het plafond van de hal hangen twee 'big ass fans' (met een diameter van een meter of zes) rustig te draaien. Terwijl ik wacht totdat de scanners het weer doen en ik mijn twee rugzakken er doorheen mag laten glijden zie ik buiten al een legertje meneren met bordjes staan, wachtend op toeristen. Ik sta bijna helemaal achterin de rij voor de scanners, en zie het groepje langzaam slinken. Als ik eindelijk zelf ook naar buiten mag zie ik gelukkig al snel een bordje 'Van Leeuwen'. Goed teken, want ergens in mijn hoofd speelt altijd de paranoia dat ik door het online reisbureau ben opgelicht en er helemaal niks voor mij klaar staat.

Aankomen in een vreemd ver land voelt wat dat betreft altijd een beetje raar en onwennig. Waar ben ik eigenlijk in godsnaam aan begonnen, dat ik mij zielsalleen in een dergelijk avontuur stort? Ik ben toch helemaal niet zo avontuurlijk of dapper? God, heb ik wel de juiste dingen ingepakt? Wat weet ik eigenlijk van de tropen? Had ik me niet beter moeten voorbereiden? Ben ik nou dapper of heel naïef dat ik de avond van tevoren eigenlijk maar gewoon lukraak wat dingen in een rugzak prop en op het vliegtuig stap? Dat kan best in een westers land als Nieuw Zeeland, maar hoe werkt dat in Midden-Amerika?

Al snel blijkt echter dat het in Costa Rica eigenlijk net zo werkt als ieder ander land waar veel toeristen komen. Het land wil graag mijn dollars hebben, en dus is het in het belang van de mensen zelf om gasten als mijzelf vriendelijk en behulpzaam tegemoet te komen. De meneer met het bordje 'Van Leeuwen' groet mij dan ook hartelijk, en met een al grotendeels gerust hart stap ik in het witte busje wat voor mij klaar staat.

De rit naar het centrum van Liberia duurt ongeveer 20 minuten. Ik probeer in te schatten in wat voor landschap ik ben aangeland maar in het donker is er weinig van te zien. Op de tweebaansweg wordt hard gereden en mijn meneer is tijdens het rijden druk aan het bellen. Het maakt mij weinig uit. Ik ben doodop en wil graag zo snel mogelijk naar het hotel en in bed.

Het hotel 'Bramadero' is nog niet erg oud (het gebouw is niet te zien op Google Maps), en de vriendelijke mevrouw achter de balie neemt mijn van te voren uitgeprinte voucher aan alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Wat het natuurlijk ook is. De paranoia wordt minder, maar god wat ben ik moe. Inmiddels is het iets van half tien lokale tijd, oftewel half vijf 's ochtends voor mijn lichaam en geest. Ik loop langs het zwembad van het hotel en vind mijn kamer met twee bedden en badkamer. Er is TV en draadloos internet en na 10 minuten zappen langs voornamelijk Amerikaanse programma's doe ik het licht uit. Ik haal diep adem en val vrijwel direct in slaap. Ontspannen, en uitkijkend naar wat ik de komende twee weken ga beleven.

No comments:

Post a Comment